Hoe gaat het wisselen van tanden en kiezen?
De start van het wisselen
Het wisselen van tanden en kiezen bij kinderen is een natuurlijk proces dat meestal begint rond de leeftijd van 6 tot 7 jaar. Melktanden worden vervangen door blijvende tanden en kiezen tijdens het wisselproces. Het gaat door tot de late tienerjaren. Over het algemeen volgt het wisselen van tanden en kiezen een bepaalde volgorde, hoewel dit kan variëren van kind tot kind. De voortanden in de onderkaak wisselen meestal als eerste, gevolgd door de blijvende kiezen, die achter het melkgebit komen, en vervolgens de hoektanden. Het wisselen van alle melktanden en kiezen naar blijvende tanden en kiezen kan enkele jaren duren. Tegen de leeftijd van 12 tot 13 jaar hebben de meeste kinderen hun volledige set blijvende tanden en kiezen. De verstandkiezen breken als laatste door. Sommige mensen krijgen helemaal geen of maar een paar verstandskiezen.
Het doorbreken van de blijvende kiezen wordt niet altijd gemerkt. Ze liggen verscholen en breken achter de laatste melkkies door. Het verzorgen van deze doorgebroken kiezen is erg belangrijk, omdat ze poreus en kwetsbaar zijn. Achter de eerste blijvende kiezen breken rond 12 jaar opnieuw blijvende kiezen door. Ook hiervoor geldt dat ze gevoelig zijn voor het krijgen van gaatjes. Het goed poetsen van de blijvende kiezen is vanaf het doorkomen van de blijvende kiezen daarom erg belangrijk.
Problemen tijdens het wisselen
Tijdens het wisselen kunnen enkele problemen optreden, zoals pijnlijk tandvlees, irritatie en mogelijk ruimtegebrek als de blijvende tanden en kiezen groter zijn dan de melktanden en kiezen die ze vervangen. Dit kan leiden tot scheefstand van tanden en kiezen. Soms kunnen er ook veel tanden en kiezen tegelijk doorbreken in een kleine kinderkaak. Omdat de kaak nog even doorgroeit en er meer ruimte ontstaat, hoeft dit niet erg te zijn. Anders kan dit vaak worden gecorrigeerd met orthodontische behandelingen (beugel).
Het is belangrijk om regelmatige controles bij de tandarts uit te voeren om de ontwikkeling van het gebit te volgen en eventuele problemen tijdig aan te pakken. Soms verloopt de ontwikkeling van het gebit afwijkend. De tandarts kan dit tijdens een controle constateren en bespreken welke maatregelen nodig zijn. Goede mondhygiëne, inclusief regelmatig poetsen en flossen, is ook essentieel voor de gezondheid van zowel het melkgebit als het blijvende gebit.
Verschillen tussen het melkgebit en het blijvende gebit
Het melkgebit en het blijvende gebit verschillen van elkaar. Zo bestaat het melkgebit uit 20 tanden, inclusief 8 incisieven (snijtanden), 4 cuspiden (hoektanden) en 8 molaren (kiezen). Het blijvende gebit bestaat uit 32 tanden (of 28 als de verstandskiezen worden verwijderd), inclusief 8 incisieven, 4 cuspiden, 8 premolaren (eerste kiezen) en 12 molaren (tweede kiezen en verstandskiezen).
Daarnaast verschilt het in functie. Het melkgebit dient om te helpen bij het kauwen, spreken en vormgeven van de mond en kaak terwijl het kind groeit. Het blijvende gebit gaat een leven lang mee en helpt bij het kauwen van voedsel, articulatie van spraakgeluiden en het behoud van de algehele mondgezondheid.
De tanden en kiezen van het melkgebit zijn over het algemeen kleiner en witter dan de blijvende tanden en kiezen. Ze hebben dunner glazuur en minder complexe wortels. De blijvende tanden en kiezen zijn groter en sterker dan melktanden en kiezen, met dikkere glazuurlagen en meer uitgebreide wortels die dieper in het kaakbot verankerd zijn. Ze hebben een kartelrand die de melktanden niet hebben en de blijvende voortanden zijn vaak donkerder van kleur.
Het melkgebit speelt een cruciale rol bij de ontwikkeling van het kind, maar het blijvende gebit is bedoeld om een leven lang mee te gaan en vereist regelmatige zorg en onderhoud om de mondgezondheid te behouden. Tandartsbezoeken, goede mondhygiëne en gezonde voedingsgewoonten zijn essentieel voor het behoud van zowel het melkgebit als het volwassen gebit.
Wat is sealen?
Nieuwe, blijvende kiezen hebben vaak groeven en putjes op de kauwvlakken. Deze kiezen zijn vaak moeilijker te reinigen, zelfs met grondig poetsen, waardoor ze vatbaar zijn voor gaatjes (cariës). Om de kiezen te beschermen tegen voedseldeeltjes, bacteriën en tandplak kan de tandarts of mondhygiëniste een laagje kunsthars aanbrengen waardoor diepe groeven worden afgedicht. Dit heet sealen. Sealen gebeurt over het algemeen bij de blijvende kiezen, kort nadat deze zijn doorgebroken. Het laagje blijft jaren zitten en voel je niet.
Waarom is fluoride nodig?
Fluoride is een natuurlijke stof die de tanden en kiezen minder kwetsbaar maakt voor bacteriën. Fluoride maakt het gebit sterker en kan helpen gaatjes in tanden en kiezen te voorkomen. Het dagelijks gebruik van fluoride is daarom aan te raden, echter in de juiste dosering. De beste manier is om fluoride te gebruiken bij het tanden poetsen. Hiervoor geldt het advies:
- 0 tot 1 jaar: Eenmaal per dag fluoride tandpasta (peuter tandpasta) gebruiken op de pas doorgebroken tandjes.
- 2 tot 4 jaar: Tweemaal per dag poetsen met fluoride peutertandpasta.
- Van 5 tot 12 jaar: Tweemaal per dag poetsen met junior tandpasta met fluoride voor 5 tot 12 jaar of fluoride tandpasta voor volwassenen.
Als de tandarts ziet dat er gaatjes in het kindergebit gaan ontstaan kan hij adviseren om extra te gaan poetsen met fluoride tandpasta of het gebruik van fluoride spoelmiddel adviseren.